Vaarregels watersport

Algemene vaarregels voor watersport en beroepsvaart

  • Houd op het vaarwater zoveel mogelijk stuurboordwal (rechterkant) aan. Ook binnen de betonde vaargeul.
  • Verander niet plotseling van koers.
  • Zorg dat u rondom goed zicht heeft en kijk regelmatig achterom.
  • Gebruik op tijd de juiste navigatieverlichting.
  • Anker niet bij bruggen, sluizen, werkschepen met uitstaande ankers en in het midden van een vaarwater.
  • Voorkom laveren op drukke vaarroutes en houd het midden vrij voor grote schepen.
  • Blijf uit de buurt van visnetten. Deze worden meestal gemarkeerd door zwarte of gele vlaggetjes. Of door een bord met een groen/ witte ruit. De groene kant duidt de veilige passeerzijde aan.
  • Bewaar de rust in de natuur- en woongebieden.
  • Beperk het overmatig geluid van radio en overige muziekinstallaties.
  • Bezorg uw omgeving geen overlast.
  • Zwemmen in de vaargeul, bij bruggen, sluizen en wachtplaatsen is niet toegestaan.
  • Voor het besturen van snelle motorboten is een vaarbewijs verplicht. Dit zijn alle boten die sneller kunnen varen dan 20 km/u. De vaarbewijsplicht geldt ook voor niet-snelvarende boten die langer zijn dan 15 meter.
  • Vaar alcoholvrij. De wettelijke grens op het water ligt op 0,5 promille. Er wordt gecontroleerd, de boetes zijn hoog!
  • Pas uw koers en snelheid tijdig aan, wanneer u voorrang verleent aan een ander schip. Laat goed zien welke koers u vaart en geef elkaar de ruimte om te manoeuvreren.
  • Voorkom gevaarlijke situaties en schade aan andere schepen door alert te zijn op hinderlijke golfslag of zuiging van uw schip. Minder tijdig vaart.
  • Een klein schip moet op zijn motor een snelheid van minstens 6 km/uur kunnen behalen op grote wateren, rivieren en kanalen. Daar varen immers ook de binnenvaart en zeevaart.
     
  • Regels voor de vaarsnelheid

  • Een snelle motorboot mag niet sneller varen dan 20 km per uur ten opzichte van het water. Plaatselijk kunnen echter vaarwegen of gedeelten daarvan zijn aangewezen waarop dit verbod niet van toepassing is, dan wel waarop een andere maximum snelheid van toepassing is.

  • Sneller varen dan 20 kilometer per uur is nooit toegestaan:

    - binnen een afstand van 20 meter uit de oever;
    - binnen 50 meter van een zwem- of aanlegrichting;
    - nabij wedstrijden, waterfeesten, demonstraties of soortgelijke gebeurtenissen;
    - bij een zicht van minder dan 500 meter;

  • Westerschelde, aanvullende regel
    Voor de Westerschelde geldt een aanvullende algemene regel. In smalle hoofdvaargeulen voor de zeevaart, zoals in het Nauw van Bath, de Bocht van Walsoorden en in de Sardijngeul en Oostgat voor Vlissingen en Zoutelande, moeten schepen tot 12 meter lengte zoveel mogelijk buiten de hoofdvaargeul varen.
     
  • Grote schepen mogen in sommige situaties aan bakboordwal (aan de linkerkant) varen. Bijvoorbeeld om sterke stroming te ontwijken of bij het invaren van een haven. Wie aan bakboordwal vaart, toont een blauw bord met wit flikkerlicht voor tegemoetkomende vaart. Dit betekent stuurboord op stuurboord passeren. Een klein schip passeert dus zoveel mogelijk aan de zijde van het blauwe bord. Uiteraard als de situatie zich daarvoor leent. Op de Westerschelde, het Kanaal van Gent naar Terneuzen en de Eemsmonding is het blauwe bord niet van toepassing.
     

Vaarregels en het vaarbewijs
Een handig boek om de vaarregels te kleren is het ANWB cursusboek Klein Vaarbewijs. Daarin leert u alle regels van het vaarwater en wordt u opgeleid vopor het behalen van een vaarbewijs.

Daarnaast is iedereen wettelijk verplicht om de vaarregels aan boord te hebben. In de ANWB Wateralmanak deel 1 staan alle regels voor Nederland vermeld. Dit boek hoeft u niet jaarlijks te vernieuwen.


Link: | Watersport cursusboeken

 

De belangrijkste voorrangsregels watersport in volgorde

  • Groot gaat voor klein
    Kleine schepen (tot 20 meter lengte) verlenen altijd voorrang aan grote schepen (langer dan 20 meter). Veerponten, passagiersschepen, sleep- en duwboten en vissersschepen, die in bedrijf zijn, hebben altijd de rechten van ‘groot’. Ook als ze korter zijn dan 20 meter.
     
  • Stuurboord voor bakboord
    Wie in de betonde vaargeul aan stuurboordzijde van het hoofdvaarwater vaart, heeft voorrang op schepen die het hoofdvaarwater op willen varen. Een uitzondering hierop zijn schepen die uit een betond nevenvaarwater komen varen. In deze situatie moeten kleine schepen op het hoofdvaarwater voorrang verlenen aan grotere schepen die van het betond nevenvaarwater komen.
     
  • Zeilschip gaat voor motorschip
    Een klein motorschip* (tot 20 meter) moet voorrang verlenen aan een klein zeilend schip (tot 20 meter) of een roeiboot, als hun koersen kruisen en geen van de schepen aan stuurboordwal vaart. Een grote motorboot of een groot zeilschip verleent in deze situatie voorrang aan het schip dat van stuurboord nadert. *Ook een zeilschip wat op de motor vaart wordt beschouwd als een motorboot!
     
  • Motorboten onderling
    Voor kleine motorschepen op ruim water onderling geldt: als hun koersen kruisen en geen van de schepen aan stuurboordwal vaart, krijgt het schip dat van stuurboord nadert voorrang.
     
  • Zeilschepen onderling
    Een klein zeilschip met het zeil over bakboord heeft voorrang op een klein zeilschip met het zeil over stuurboord. Varen ze met het zeil over dezelfde boeg, dan wijkt loef voor lij, ofwel, het schip dat het hoogst aan de wind vaart, heeft voorrang.
     
  • Hoofdvaarwater - nevenvaarwater
    Wie vanuit een haven of nevenvaarwater een hoofdvaarwater opvaart dan wel oversteekt of andersom, mag andere vaarweggebruikers niet hinderen. Kleine schepen moeten altijd voorrang verlenen aan grotere schepen. NB. Het bord B.9 betekent dat schepen op het hoofdvaarwater altijd voorrang hebben.
    • Op de Waal, Nederrijn, Lek en het Pannerdensch Kanaal geldt de volgende regel: groot gaat altijd voor.
     

Sluizen en beweegbare bruggen

  • Snelheid aanpassen
    Voorkom hinderlijke golfslag op de wachtplaatsen wanneer u een sluis nadert of uitvaart of wanneer u een beweegbare brug passeert.
     
  • Schipper, wacht op je beurt
    Schepen moeten de sluis invaren in volgorde van aankomst. Dat geldt ook voor het afmeren op de wachtplaats. Bij sluizen waar de beroeps- en recreatievaart samenkomen, vaart beroepsvaart het eerste de sluis in, tenzij de sluismeester anders aangeeft. Dit gebeurt dan vanuit het oogpunt van veiligheid en vlotheid. Voor recreatievaart geldt hier: wacht met invaren totdat de beroepsvaart de trossen vast en schroeven uit heeft. Houd afstand tot grote schepen. Schroeven uit in sluizen is verplicht!
     
  • Niet beleggen in sluizen met verval
    Houd rekening met het verval in de sluis en zorg dat u de touwen (landvasten) tijdig kunt laten vieren of aanhalen.
     
  • Vaar vlot door als de brug opengaat. Laat het wegverkeer niet onnodig wachten.

Marifoongebruik, wel zo veilig

  • Voor de beroepsvaart is minimaal één marifoon verplicht (soms twee marifoons). De recreatievaart hoeft niet verplicht een marifoon aan boord te hebben. Maar op de grote wateren maakt het gebruik van een marifoon het varen wel een stuk veiliger. Met een marifoon kunt u immers communiceren met de verkeersposten, kustwacht, bedienaars van sluizen en bruggen en andere schepen. Hierbij geldt altijd: houd gesprekken kort en bondig. Wie een marifoon heeft, moet een bedieningscertificaat, een vergunning en het handboek Marifonie aan boord hebben. (staan ook in Wateralmanak deel 1) Voor een marifoonvergunning jaarlijks een klein bedrag betaald te worden, zie www.agentschaptelecom.nl

Advertentie

Trefwoorden

vaarregels 

Deel dit met andere watersporters

Laatste nieuws

Perioden met regen, vanmiddag opklaringen en enkele buien
Aanbiedingen
  • Aanbiedingen

    Verrekijkers

    Diverse uitvoeringen
    vanaf  129,-

     

    Beveilig uw boot

    GPS tracker zonder vaste
    kosten of simkaart!

     

    Perfecte GPS navigatie

    PC Navigo 2021
    Nu leverbaar

     

    Nieuw verschenen

     

    Duitsland
    Kaarten en boeken


     

    Kaartenset België

     

    Vaarkaarten Frankrijk

Ook te volgen via